De kat uit Perzië of toch niet?

Als we denken aan Perzië dan denken we vaak eerder aan de dingen die hier vandaan komen dan aan het rijk zelf. Toch was het Perzische Rijk een zeer uitgestrekt rijk in het Nabije Oosten, waar behoorlijk wat Iraanse en Perzische dynastieën hebben geregeerd. De kern van het Perzische Rijk was Perzië, wat nu Iran is. De naam Perzië is nog tot 1935 door het westen gebruikt om de oorspronkelijke bevolking van het oude imperium te beschrijven.

Perzisch tapijt

Het Perzisch tapijt geniet een grote bekendheid over de hele wereld. Het is de naam voor het soort tapijt dat gemaakt wordt in Perzië of Iran. In de Bijbel werd al over deze kleden gesproken, vaak werden ook de tempels hiermee versierd. Een Perzisch tapijt werd altijd met de hand gemaakt en ze worden wel geschaard onder de vroege toegepaste kunst. Tegenwoordig is het fraaie Perzisch tapijt nog steeds in trek. Ze zijn er in allerlei uitvoeringen en maten en geven ruimtes een bijzondere sfeer.

De Perzische kat

Een ander wollig ding uit Perzië is de Perzische kat, misschien wel één van de populairste kattenrassen. In Iran stond dit ras bekend als één van de oudste kattenrassen, de Gorbe-ye irāni, ofwel de Iraanse kat, maar wij noemen dit de Perzische kat. Eigenlijk is dat bijzonder, want het blijkt dat de Perzische kat zoals wij hem nu kennen helemaal niet uit het Oosten komt. De voorouders van de Perzische kat van vandaag de dag stammen namelijk af van de langharige Russische huiskat. Er was wel een Aziatische lijn die ooit de basis was voor de Perzische kattenfok.

Het ‘kwel-ras’

Voordat de benaming Perzische kat werd gebruikt noemde ze dit soort katten ook wel de ‘angora kat’. In de loop der jaren werd de vacht almaar voller en ook de ondervacht werd steeds meer plucheachtig. Een dergelijke kat vraagt dus om veel verzorging, want een paar dagen niet borstelen zorgt al snel dat de kat vol klitten zit. De platte snuit van de kat is een gevolg van het steeds extremer fokken. Dit brengt de kat vaak veel ongemak, zoals tranende ogen, ontstekingsgevoeligheid en lastig eten en ademen. De katten met de extreem platte snuit werden daarom ook weleens ‘kwel-ras’ genoemd. Gelukkig is er sinds de zeventiger jaren veel veranderd en wordt hier beter opgelet door toegewijde fokkers die het ras een warm hart toedragen.